Geld verdienen zal ik er nooit aan. Briefwisseling Ed. Hoornik en A.A.M. Stols, 1938-1954
(1999)–Ed. Hoornik, A.A.M. Stols– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 262]
| |
227 Ed. Hoornik aan A.A.M. Stols, 29 augustus 1941A'dam, 29-VIII-'41
Beste Sander, Dank voor je brief met chèque; je schrijven aan Den Brabander heb ik bezorgd.Ga naar eind807 Het spijt mij, dat ik je moet wijzen op het feit, dat je een schriftelijk aan mij kenbaar gemaakt voornemen, verwaarloosde. Op 11-6-'41 schreef je mij een uitvoerige en sympathieke brief, die ik met veel genoegen heb herlezen, waarin je mij o.a. het volgende schrijft: ‘Om je te bewijzen, dat het mij niet te doen is om het geld, dat kleine beetje, dat ik uit dien hoofde van je bundels zou krijgen, deel ik je hierbij mede, dat ik in de toekomst afstand zal doen van alles, wat uit dien hoofde zal binnenkomen uit je bundels, en ook met terugwerkende kracht wat betreft de uitgave van Van Kampen en Querido.’ Ik meen, dat je je niet aan je belofte gehouden hebt, en dat je het bedrag, dat V. Loghum Slaterus uittrok, halveerde. Daar je met de andere vrienden: Van Hattem, Den Brabander, Aafjes enz., voor wie ik overigens gaarne pleit, geen afspraak maakte, kan ik je het, wat hen betreft, niet kwalijk nemen. Maar tusschen jou en mij bestaat een vrijwillig door jouw gemaakte afspraak, zoodat ik meen binnenkort een aanvullende chèque te mogen verwachten. Je wees mij er destijds op, dat het aanbeveling verdient de aanvragen van uitgevers, wat bloemlezingen betreft, door jou te laten behandelen. En ik heb dit ook gaarne gedaan. Het blijkt mij nu, dat V. Loghum Sl. aan Eric van der Steen en Han Hoekstra ƒ 5.- per blz. uitkeerde en ik vraag mij af, waarom ik dan met minder moet tevreden zijn, en of ik mij niet tot Van Tricht moet wenden. Gaarne hierover advies. In een vorige brief verzocht je mij je de samenstelling van de Helikon-reeks (1942) mede te deelen. Ook hieraan kan ik niet voldoen, omdat wij mondeling - ik was voor deze quaestie speciaal naar Rijswijk gekomen! - afspraken, dat wij in verband met de ‘belangstelling’ van het departement slechts van maand tot maand dichter en titel zouden noemen. Het is echter ook om andere redenen onmogelijk thans alle tien de deeltjes reeds vast te stellen, omdat ik van vrijwel geen enkelen auteur definitief toezegging heb gekregen, hetgeen weer verband houdt met de oprichting van het letteren-gilde, waarbij zich, naar ik hoor, vrijwel niemand aansluit, zoodat dus in de toekomst vrijwel niemand zal publiceeren. Ik heb hierover binnenkort een bespreking en zal je dan - mondeling - op de hoogte brengen. In verband met een en ander zou ik je willen verzoeken de resteerende Helikon-deeltjes, en ‘Een Liefde’ zoo spoedig mogelijk te doen verschijnen. ‘Volk en Vaderland’ van hedenavond citeert mijn gedicht ‘Pogrom’; ik behoef je niet te zeggen met welke bedoelingen.Ga naar eind808 Ik sluit hierbij in de - tot mijn spijt zéér afbrekende - critiek, die ik in het ‘Hbl.’ over den herdruk van ‘Nieuwe Geluiden’ meende te moeten schrijven.Ga naar eind809 Zou je mij voor ‘Criterium’ ‘Parlando’ willen zenden, en zou je het exemplaar voor het ‘Handelsblad’ aan Chr. de Graaff willen sturen; het is niet onmogelijk, dat ik het in de krant bespreek. Ook voor je andere uitgaven, die ik zou kunnen bespreken, houd ik mij aanbevolen.Ga naar eind810 Gaarne spoedig je aanvullende chèque verwachtend, alsmede, wanneer de laatste deeltjes zijn verschenen, het Helikon-honorarium, verblijf ik met hartelijke groeten van huis tot huis Je Eddie |
|