203 Ed. Hoornik aan A.A.M. Stols, 11 juni 1941
[Amsterdam,] 11-VI [19]41
Beste Sander,
In antwoord op je brief van 10-6-'41 het volgende:Ga naar eind729 Wil je mij tijdig waarschuwen, als Jo Landheer haar bundel niet in ‘Helikon’ wil hebben, opdat ik voor ander werk kan zorgen.
Voor 1942 heb ik met ongeveer twintig dichters contact gehad; vanmiddag heb ik in Amsterdam een definitieve afspraak met Nijhoff gemaakt. De voorloopige samenstelling is ongeveer als volgt:Ga naar eind730
Over de andere dichters, die je in je brief noemt het volgende:
P.N. van Eyck, die ik in Wassenaar heb opgezocht, heeft na ‘Herwaarts’ acht nieuwe gedichten geschreven, te weinig dus, terwijl 3 ervan op het oogenblik niet publiceerbaar zijn.Ga naar eind738
2o | Jan Prins heeft pas geleden zijn ‘Later Werk’ bij Boucher uitgegeven. Hij deelde mij mede, dat hij op het oogenblik uitsluitend fabels van Lafontaine vertaalt, die ook door Boucher worden uitgegeven.Ga naar eind739 |
3o | Na uitvoerig met Hendrik de Vries te hebben gecorrespondeerd, heb ik hem persoonlijk opgezocht. Hij heeft een aantal reeksen klaar, maar geen volledigen bundel. Ik voel er niet voor uitsluitend zijn nieuwe copla's te bundelen, omdat er te veel minder geslaagde bij zijn. Bovendien heeft Hendrik de Vries onoverkomelijke bezwaren tegen de letter van Helikon, die, naar hij vindt, voor zijn poëzie, te klein is. Zijn gedichten moeten, meent hij, vooral in de schemering worden genoten. Je kunt je misschien met hem in verbinding stellen om buiten ‘Helikon’ een bundel van hem uit te geven. Zijn adres is Korreweg 114, Groningen.Ga naar eind740 |
4o | Het is uitgesloten, dat Vasalis volgend jaar een nieuwen bundel gereed heeft. Na ‘Parken en Woestijnen’, die de productie van ongeveer 10 jaar bevat, heeft zij geen poëzie meer geschreven. Haar kennende, mag ik niet verwachten, dat zij ‘last’ heeft van plotselinge poëtische ‘uitbarstingen’ zooals Aafjes vroeger.Ga naar eind741 |
Ook heb ik nog een aanbieding voor een bloemlezing uit de Nederlandsche dichteressen: Van Hadewych tot Vasalis, een buitengewoon aardig idee. Ik ben bang, dat deze bundel te groot wordt; we zouden echter evt. een dubbel-nummer kunnen maken. Misschien is het echter ook de moeite waard deze bundel buiten ‘Helikon’ uit te geven.Ga naar eind742
De hiervoor gedane opgave is voorloopig. Maar in ieder geval ben je nu op de hoogte van mijn pogingen en plannen.
Met hart. groeten
Eddie.
|
-
eind729
- Deze brief van Stols van 10 juni is niet achterhaald.
-
eind730
- In de Atlantis-serie - de opvolger van de Helikon-reeks - zouden van de genoemde dichters alleen bundels verschijnen van M. Nijhoff, H.W.J.M. Keuls, E. den Tex, W. Hussem en Pierre H. Dubois. (Zie p. 442-443 voor een overzicht van de titels in de Atlantis-serie.)
-
eind731
- Van Johannes Martinus Albert Decorte (geb. 1915) zouden in 1942 Een stillere dag. Sonnetten en Yoshiwara. Geisha-liedjes verschijnen bij A. Manteau te Brussel en A.A.M. Stols te Den Haag.
-
eind732
- Van Jan Engelman verscheen geen bundel gedichten bij Stols. Wel werd in 1941 het vers Philomela als nummer 6 opgenomen in de Orpheus-reeks. De bundel Noodweer, die Hoornik waarschijnlijk voor de Atlantis-serie in gedachten had, kwam in 1942 bij Em. Querido's Uitgevers-Maatschappij uit. (Zie br. 238.)
-
eind733
- Het was de bedoeling dat Pierre Kemps Standard-book of classic blacks in 1942 in de Atlantis-serie zou verschijnen. In verband met de instelling van de Kultuurkamer, waar Kemp zich niet bij aansloot, kon de uitgave niet doorgaan. Het boek zou na de oorlog alsnog in de Helikon-reeks worden opgenomen.
-
eind734
- Dit plan zou nooit worden gerealiseerd.
-
eind735
- Stols zou van Jac. van Hattum geen gedichten meer uitgeven. In 1944 verscheen diens bundel Oxialis bij L.J. Veen's Uitgevers Mij. N.V. te Amsterdam. Verder kwamen van hem gedurende de oorlog een viertal clandestiene bundels uit, namelijk Gedichten (1944) en De elf (1945) in eigen beheer, en Noord-Noord-West (1944) en Wak en water (1945) bij Reinold Kuipers te Amsterdam.
-
eind736
- Van Han G. Hoekstra werd in 1944 door De Bezige Bij de bundel Rondeel clandestien uitgegeven onder het pseudoniem Victor le Chaste.
-
eind737
- Van de hand van Eric van der Steen verschenen pas na de oorlog weer publicaties.
-
eind738
-
Herwaarts van P.N. van Eyck was in 1939 bij uitgeverij Joh. Enschedé en Zonen te Haarlem verschenen.
In 1941 verscheen van P.N. van Eyck Verzen 1940 bij L.J.C. Boucher in Den Haag; de gedichten zijn blijkens het colofon geschreven tussen april en oktober 1940. Toen Boucher in 1946 een tweede druk van Verzen 1940 bracht, waren aan de bundel zeven gedichten toegevoegd, die Van Eyck na de eerste druk had geschreven: ‘Geduld’, ‘“Heersers”’, ‘Hij: Een profetie’, ‘“Onrein”’, ‘Een van hen’, ‘Rust’ en ‘Stille wandeling’. Mogelijk doelde Hoornik op deze gedichten.
-
eind739
- Bedoeld is Later werk (1941) van Jan Prins. De fabels van Jean de la Fontaine zouden verschijnen onder de titel Honderd en een der fraaiste fabels (1941), waarvan honderd door Prins waren vertaald en een door M. Nijhoff.
-
eind740
- In 1946 zou Stols de bundel Toovertuin. Romancen, sproken en arabesken van Hendrik de Vries uitgeven. De bundel werd in een grotere en vettere letter gezet dan de 10 punts Lutetia van J. van Krimpen, waaruit de Helikon-reeks was gezet. Het argument van de te kleine letter had Hendrik de Vries al eerder gebruikt, namelijk bij de door hem samengestelde en ingeleide bundel Keur uit liefdeverzen van Giza Ritschl die in 1939 bij Stols was verschenen; op 10 april 1939 schreef hij Stols: ‘Gaarne had ik voor de bundel een iets grootere letter dan die voor de bundel van Mok, daar deze, niet alleen voor minder goede oogen, maar ook bij een schemerlamp, wat vermoeiend is.’
-
eind741
- In 1947, zeven jaar na Vasalis' debuut Parken en woestijnen zou bij Stols haar tweede bundel verschijnen, De vogel Phoenix. Gedichten.
-
eind742
- Deze aanbieding was afkomstig van Reinold Kuipers. De idee van een vrouwenbloemlezing was in een café gelanceerd. Het plan is verder nooit uitgewerkt, mede omdat Claudine Witsen Elias al met de samenstelling van een dergelijke bloemlezing bezig was. (Med. Reinold Kuipers, Amstelveen; zie ook br. 235.)
|