Geld verdienen zal ik er nooit aan. Briefwisseling Ed. Hoornik en A.A.M. Stols, 1938-1954

[p. 232]

197 Ed. Hoornik aan A.A.M. Stols, 16 mei 1941

[Amsterdam,] 16-V [19]41

Beste Sander,

De bundel van Herwig Hensen is ten eenen male onbruikbaar; ik kan er niet één gedicht uit apprecieeren. Laat hij maar weer naar mevr. Manteau gaan.⁷⁰³

Hierbij zend ik je tevens de bundels ‘Op den drempel’ van Dubois en Den Tex,⁷⁰⁴ en ‘Schrijlings op de horizon’ van L.Th. Lehmann. Voor dit jaar zijn nu alle bundels in je bezit.

Ik steek mijn voelhorens al uit voor 1942; het wordt moeilijk. Ik hoop op Nijhoff, Hendrik de Vries, Pierre Kemp, Pareau en Noordstar, Morriën, Hussem, Tergast en Hoornik.⁷⁰⁵ Ik zal er in het najaar serieus aan gaan werken.

Voor den bundel ‘Oorlogsgedichten’ zend ik je hierbij nog verzen van Buning, A. Roland Holst, Van Duinkerken en Anth. Donker. Je vroeg me ook om verzen van Nijhoff, maar zijn groote gedicht, dat verband houdt met den oorlog, was reeds bij de eerste zending.⁷⁰⁶

Zooals je weet, schrijft Vasalis over Aafjes in ‘Criterium’. Stuur haar s.v.p. zoo spoedig mogelijk ‘Het gevecht met de Muze’ en ‘Het Zanduur van den Dood’. Wil je mij voor rekening één gebonden exemplaar van ‘Drie op één Perron’ zenden, dat ik niet meer bezit; en zie nog eens of je een ‘Geburt’ voor me hebt.

Wanneer verschijnt herdruk ‘Drie op één Perron’?

Met hartelijke groeten

Je Eddie

N.B. De bundel van Lehmann bestaat uit 3 afdeelingen.⁷⁰⁷

703 Van Herwig Hensen waren al twee dichtbundels bij uitgeverij A. Manteau verschenen, namelijk Hamlet in den spiegel (1939) en De dubbele vaardigheid (1940).

704 In de debutantenbundel Op den drempel wilde Ed. Hoornik waarschijnlijk alleen gedichten opnemen van Pierre H. Dubois en Eddy den Tex, al noemde hij in zijn brief van 3 januari 1941 (br. 165) ook Koos Schuur. Op den drempel zou uiteindelijk niet verschijnen. In plaats hiervan kwam Dubois' debuutbundel In den vreemde (Helikon 19), een jaar later gevolgd door Den Tex' Slagzij (Atlantis 2).

705 Van 1942 tot en met 1945 zou de Helikon-reeks niet verschijnen. Omdat Stols wel een soort tijdschrift voor poëzie wilde uitgeven, richtte hij de nieuwe serie Atlantis op, waarin tien bundels zouden verschijnen. Van de in deze brief voorgestelde dichters zou van M. Nijhoff, A. Morriën en W. Hussem een bundel in de serie worden opgenomen. (Zie p. 442-443 voor een overzicht van de Atlantis-serie.)
Van Hendrik de Vries, Pierre Kemp, N.E.M. Pareau, J.C. Noordstar en Nes Tergast zou Stols in 1942 geen dichtbundel uitgeven.
Hoorniks bundel Tweespalt verscheen in 1943 clandestien bij de Mansarde Pers te 's-Gravenhage. (Zie br. 179.)

706 Blijkens zijn brief aan Stols van 28 mei 1941 was M. Nijhoff bezig met enkele lange gedichten: ‘Ik heb op het oogenblik echter alleen veel te lange dingen liggen, en niets nog geheel voltooid.’

707 Schrijlings op den horizon van L.Th. Lehmann (Helikon 20) bevatte de afdelingen ‘Dode punten’, ‘De nabijen’ en ‘De verren’.