De juichende kinderschaar. Liederen voor christelijke scholen, zondagsscholen, enz.(ca. 1880)–Adolf Jacob Hoogenbirk– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 48] [p. 48] 38. Ik zoek het licht omhoog. Levendig. 1. Ik zag in 't gras een groe-ne spruit Zich wor-st'len uit het 1. zand, En vroeg: wat drijft u zoo voor-uit, Gij klein' en tee-d're 1. plant? En 't was m'als-of het moe - dig kruid met fier-heid zich be- 1. woog, Mij zeg-gend, zon-der stem-ge - luid: ‘Ik zoek het licht om- 2. Ik vroeg den a-rend voor wat buit Op d'uit-ge - sla - gen 2. vlerk, Hij, bo - ven rots en berg-top uit, Zich waag-d'in 't drei-gend 2. zwerk. En 't schet-t'ren van zijn forsch ge-luid, En 't schit-t'ren van zijn 2. oog Zei: ‘door geen steilt' of wolk ge - stuit’, Zoek ik het licht om- 3. En 'k vroeg mijn hart: wat drijft u uit, Ver bo - ven ruimt' en 3. tijd. Door vrees voor dood noch graf ge-stuit; Wat zoekt uw dorst, uw 3. strijd? En 't ant-woord klonk met blij ge-luid: ‘Gij vraagt, wat mij be- 3. woog?’ ‘Mij koos mij Je - zus tot Zijn bruid’, 'k Zoek Hem, mijn Licht om- [pagina 49] [p. 49] 1. hoog’. ‘Ik zoek, ik zoek het licht om - hoog.’ 2. hoog’! ‘Zoek ik, zoek ik het licht om - hong!’ 3. hoog’! ‘'k Zoek Hem, ‘'k zoek Hem, mijn Licht, om - hoog!’ Vorige Volgende