De juichende kinderschaar. Liederen voor christelijke scholen, zondagsscholen, enz.(ca. 1880)–Adolf Jacob Hoogenbirk– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 17] [p. 17] 13. De arke des behouds. Met opgewektheid. Eenige stemmen. 1. 't scheep-ken on-der Je-zus hoe-de, Met zijn kruis-vlag hoog in 1. top, Neemt als ar - ke der ver - los-sing, Al - len die in nood zijn op. 1. ‘En }sta de zee al hol en hoog, ‘En zweep' de storm ons voort, ‘Wij 2. Zon-ne, bied dat scheep-jeuw' glan-sen, Koel-tjes, stuwt het zacht voor- 2. uit, Gol-ven, steunt ge-bed en psalm-zang Met uw zilv'-ren maat-ge - luid. 2. ‘Maar }sta de zee al hol en hoog, ‘En zweep' de storm ons voort, ‘Wij 3. Ar-me zon-daar, zie de kruis-vlag, Wapp'-rend langs den o - ce- 3. aan! Kom tot Je-zus! wie Hem vol-gen, Kang een nood-storm doen ver-gaan: 3. Dies klinkt als psalm tot God om-hoog Ons vroo-lijk dank - ak-koord: ‘Wij 1-3. heb - ben 's Va-ders Zoon aan boord ‘En 't vei-lig strand voor oog.’ Uit ‘Voor Huis en School’. Vorige Volgende