Proza-bewerkingen van het leven van Alexander den Groote in het Middelnederlandsch
(1898)–S.S. Hoogstra– Auteursrecht onbekend
Regelnummers proza verbergen
| |
[pagina 100]
| |
Hoe Alexander Clytum, sinen ridder, dootsloegh.
| |
[pagina 101]
| |
20hem, dat Clitus zuster sijn amye was, ende dat hy om deseGa naar voetnoot20. 21selve zake gedoot hadde Permenioen ende Philetum ende veel 22ander lude van sinen genoten. Dit ginc Alexander zeer clagen, 23so dat hy van rouwen in vier dagen niet en at, tot dattet hem 24verbaden sijn heeren, dat hy ate, ende sonderlinge Calixstenes, 25sijn geselle, die mit hem voir Aristotelum ter scolen ginc; endeaant.Ga naar voetnoot25. 26hy was zeere wijs ende cortelic by Alexandrum gecomen om 27hem te geraeden. |
|