Inleyding tot de hooge schoole der schilderkonst: anders de zichtbaere werelt
(1969)–Samuel van Hoogstraten– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 69]
| |
Inleiding.GY zult ons nu, ô Moeder van Jalemus en Hymen, vinders van treurgezangen en bruilofts liederen, den wech tot eer en prijs paenen, en gereet staen, om de geene, die een hoogen trap der konst beklimmen, met uwen Lauwerhoedt te beschenken. Leer ons nu, welk de heerlijkste dingen in de konst zijn, en welke men, om van u met roem en glory uitgetrompet te worden, zal aenslaen. Sla ons het heldenboek van uwen Ga naar margenoot(1)schrijver, en de Godlijke vaerzen van uwen Ga naar margenoot(2)Poëet open, en wijs ons aen, wat de voornaemste deelen in een Historie zijn. En gy, die de ziele van de dwaelstar Mars zijt, lees ons de lichaemlijke beweegingen, en de teekenen van de lydingen der ziele voor; en deel ons, om yder ding zijn behoorlijke grootsheit, door by voegselen en zinnebeelden, te geeven, de drift van uwen geest meede! |
|