De briefwisseling van P.C. Hooft. Deel 3
(1979)–P.C. Hooft– Auteursrechtelijk beschermdDerde deel
Regelnummers proza verbergen
| |
[pagina 625]
| |
1233 (L. Hooft-Hellemans aan P.C. Hooft.)1mijn liesten vriendtGa naar eind1
2ick en kan niet laetten ul telaetten weetten mijn gheluckgeGa naar eind2 3 overcoemste, vander peer is met mij hier ghecoemmen, en wijGa naar eind3 4 gienghe op mandach smoerghe ten eelf ueren vande vaert enGa naar eind4 5 waeren saevons ten 5 ueren al hier terotterdam alwaer ick in mijn 6 dochters huijes coemmende voendt haer niet tuijs, want waeren 7 tegaest alsoe was het wel 7 ueren eersij tuijs quam want was wel 8 een uere van hier en doen gienck den kerrel haer haellen, ende ickGa naar eind8 9 viende haer heel wel vaerend en wel in haer schieck daer godt voorGa naar eind9 10 ghelooft moet sijn in eeuwicheijdt, van der peer blijeft vandaeghe 11 noch hier sal niet voor morghen ve<r>trecken. van der meijdenGa naar eind11 12 seijdt met mij weerder Amsterdam tecoemmen watter van vallenGa naar eind12 13 sal leert den tijt en alsoo sal mijn dochter dan hier alleen blijeven. 14 sij is al wat moegher maer sietter anders niet qualijcken uijt sij wasGa naar eind14 15 heel blijede schen het doen sij mij sach, och mijnen lieve vrindt ickGa naar eind15 16 ben blijde ick hier noch eens bij haer ben want soude mij telangGa naar eind16 17 gheweest hebben, tot haer ghelieghen. ick hoeppe ue de kortseGa naar eind17 18 noch al miendert dat mij sal lief sijn te verstaen, met een leetterkenGa naar eind18 19 van uwe handt, mijn lieve doch<ter> en sonnen doen ul.Ga naar eind19 20 altesammen seer groetten, hier mede mijn lieven man en lieve 21 kinderen sal ul den heer bevellen die ick bidde gheven wielt wij 22 malcanderen met lief moeghen [...]Ga naar eind22
23ue dienswielle 24ende gheaffecionerde 25huijsvrowe 26Leonora Hellemans 26in rotterdam den 3 27Jannewaerij
Bericht over haar reis naar Rotterdam. |
|