De briefwisseling van P.C. Hooft. Deel 3
(1979)–P.C. Hooft– Auteursrechtelijk beschermdDerde deel
Regelnummers proza verbergen
| |
[pagina 563]
| |
1198 Aan den H. Quintijn de Veer, heere in Kalendsooghe, Baljuw van den Haaghe.Ga naar eind*1Mijn' Heere ende Neeve,
2'T is mijn lot, zoo 't schijnt, U.Ed. altemets eens te moeten aan-3moeijen. Mijn schout tot Mujde, heeft, ujt mijnen laste, aldaar aan 4 rechte gevordert eenen Paapschen huisman, oover 't bedrijven van 5 zeekre dartelheit ende moedwil, in de kerke tot Abkoude, onder deGa naar eind5 6 predikatie, met oopenbaarlijk roepen, Domine couzijntjen, ikGa naar eind6 7 breng UEen pijntjen. Schepenen van Mujde hebben hem een' 8 boete van 400 gl afgelejt. Daarop heeft hij, naadat de tijdt omGa naar eind8 9 mandament van appel te lichten, al verstreeken was, mijnen schoutGa naar eind9 10 (hoewel de zaak ten principale mij raakt) voor 't Hof doen dagh-11vaarden, teeghens den xjen Aprilis. D' Adt Mr Willem de Groot 12 en de Pr De Rooder zullen den dagh waarneemen, ende verzoekenGa naar eind12 13 namptissement der boete onder borghtoght, volghends d'InstructieGa naar eind13 14 van den Hoove, daar zij spreekt van boeten van officieren. U. Ed. 15 weet van hoe schaadelijken gevolghe het zijn zoude, voor mij ende 16 allen lujden van onzer soorte, zoo het namptissement ontzeidtGa naar eind16 17 wierde, zulx men met het gewoonlijk sleepen der processen moeste 18 gequelt zijn. Dies is mijn vruntl [...] verzoek, dat U. Eed. gelieve, 19 mijn' Heer ende Neef Sixti, neevens weldienstighe gebiedenis, ujtGa naar eind19 20 mijnen naame, te bidden, dat zijn' Ed. zich gewaardighe de goedeGa naar eind20 21 handt aan deeze zaake te houden, zulx op het belang derzelve 22 rijpelijk mooghe gelet, en 't namptissement verworven worden: 23 't welk, naar 't oordeel van mijnen schoonbroeder Cloek, op den 24 zelfsten dagh, xjen Apr. geschieden kan. Ik vertrouw zoo vastelijk, 25 dat U. Eed. mij met deze vrundschap zal begunstighen, als U. Eed.Ga naar eind25 26 die, met alle die haar lief zijn, op 't hartlijkste gegroet zij, vertrou-27wen magh, dat altijds blijven zal, 28Mijn' Heere ende Neeve, 29Uwer Eed. 30Onderdaanste dienaar 31P.C. Hóóft. 30T'Amsterdam. 3 Mart. 311644. | |
[pagina 564]
| |
Verstoring van de Hervormde kerkdienst te Abcoude. - Over de noodzaak van borgstelling bij appèl, vgl. 784, 786. |
|