De briefwisseling van P.C. Hooft. Deel 3

Derde deel

Regelnummers proza verbergen

[p. 530]

1176 Aen mijnen Heere, Mijnen Heere Joachim van Wikkevoort, Ridder, Raadsheere ende Resident haarder Hoogheit van Hessen, In Den Haaghe.

(v. Wikkevoort: P^e Sett^e 1643 M. Hooft.)

1Mijn' Heere, ende Neeve,

2Hebbende zonder den waardt gereekent, in 't verwachten van² 3 U. Eed. Gestr. koomste t'Amsterdam, vinden wij ons benoodight 4 noch eens aan te kloppen, bij deezen, ende U. Eed. Gestr. te⁴ 5 klaaghen, dat de pruimen, zoo traagh als zij in 't eerste waaren met 6 rijpen, zoo haastigh althans zijn met roepen om U. Eed. Gestr. 7 herwaartskoomst, jaa dat zij bersten van spijt oover 't verwijlen⁷ 8 van U. Eed. Gestr. rejze. Joffrouw Tesselscha heeft ons belooft, 9 van deezen aavondt, oft morghen ten ujterste, hier te verschijnen:⁹ 10 en de Heer Barlaeus niet langer te slaapen op het genot van de¹⁰ 11 Mujder lucht, dan tot dat die zon hier opgaat. Dies bidden, en¹¹ 12 bezweeren wij U. Eed. Gestr. door de heiligheit der vrundschappe,¹² 13 door onze dienstbaarheit aan U. Eed. gestr. toegewijdt, ende 14 eindtlijk door Uwer Eed. Gestr. eighene en onveranderlijke heus-15heit, de rejze, op 't spoedighste te aanveirden, en neevens Mê 16 Vrouwe U. Eed. Gestr. Gemaalinne, samt de twee Joffr^en16 17 Elizabethen, ende Joffr^e Poets. Waaraan ons een' eere geschieden¹⁷ 18 zal, die wij door alle weeghen hoopen te verschuldighen, naar ons¹⁸ 19 gering vermooghen.

20 Nil mihi rescribas, attamen ipse veni.²⁰

21Daartoe verlaaten wij ons, ende in dien toeverlaat, blijft, naa onze²¹ 22 onderdienstighe gebiedenis,²²

23Mijn' Heere,

24U. Eed. Gestr.

25Ootmoedighste, verplichtste

26dienaar, ende Neef,

27P.C. Hóóft.

28Mê Vrouw, U. Eed. Gestr. gemaalin, zal hier, met U. Eed. verlof, 29 d'ootmoedighe handkus van mij, mijn' Huisvrouwe, ende onze 30 dochters, vinden.

31Van den Hujze te Mujde, 31 Aug. 1643.

2 Hebbende...gereekent: Doordat wij een plan gemaakt hebben, zonder over de voornaamste gegevens te beschikken; in 't verwachten van: door te verwachten.

4 U.Eed.Gestr. (dat.).

7 verwijlen: uitblijven.

9 van deezen avondt: vanavond.

10 Barlaeus (heeft ons beloofd).

11 die zon: Tesselschade.

12 door: bij.

16 U.Eed.Gestr. (gen.).

17 Mevrouw van Wickevoort had een zuster Elisabeth, vgl. 1182 N.B., maar wie was de tweede van die naam? Vgl. 1182 r. 12.

18 door alle weeghen verschuldighen: op alle manieren reciproceren.

20 nil mihi etc.: Niets, schrijf mij niets weerom; echter kom zelf in persoon! Ovidius Heroides 1, 2.

21 blijft (koppelww.).

22 onderdienstighe: dienstwillige (WNT onderdienstig 1270).

[p. 531]

Uitnodiging.

Origineel. UBA II C 13.183.