De briefwisseling van P.C. Hooft. Deel 3
(1979)–P.C. Hooft– Auteursrechtelijk beschermdDerde deel
Regelnummers proza verbergen
| |
[pagina 455]
| |
1131 (Govert Brasser aan P.C. Hooft).1Mijn heere
2Ick neme soo groten lust int lesen van UEDts curieuse ende metGa naar eind2 3 wijsheit ingestelde historie dat ick mij daer aen wel soude vergapenGa naar eind3 4 ende mijne affaires ter sijde stellen, soo dat ick hem uijt mijn oog 5 moet setten, ende alleen gebruijcken als banquet, naer gehoudene 6 maeltijt dat es naer gedane affaires. Ons Vaderlant es in UEdtGa naar eind6 7 gehouden, ick particuljerlijck, ende te meer dewijl UEdt mij deGa naar eind7 8 eere heeft gelieven te doen van mij een exemplair toe te senden. 9 Indien Taciti Historie verloren ware (dat Godt verhoede) alle sijne 10 wijse leringen souden uijt UEts Historie weder te colligeren sijn.Ga naar eind10 11 Godt de Heere wil UEdt lang leven verlenen op dat wij t' vordereGa naar eind11 12 datter resteert metter tijt mede mogen becomen, dat bidt ende 13 wenst van ganscher herten 14UEdts dienstw dienaer 15G. Brasser. 15In Hage 7 December 1642
Govert Dircksz. Brasser, pensionaris van Delft, bedankt in 1636 voor ambassadeur in Frankrijk wegens zijn vooraanstaande positie in de Remonstrantse Broederschap en wordt dan thesaurier-generaal van de Unie. Overl. 29 april 1653. Hij bedankt Hooft voor de Nederlandsche Historiën. |