De briefwisseling van P.C. Hooft. Deel 3
(1979)–P.C. Hooft–
Auteursrechtelijk beschermdDerde deel
|
Regelnummers proza verbergen
| |
[pagina 397]
| |
1095 Aan de H.H. Gecommitteerde Raaden van Hollandt etc.1Ede etc.
2Om te voldoen aan 't geene ik mij vinde geinjungeert, bij d'apostille,Ga naar eind2 3 gegeeven van U. Ed. Mo. den xxj deezer, op de bijgevoegde Reqe, 4 heb ik U. Ed. Mo. in alle eerbiedenis voor te draaghen, dat het, metGa naar eind4 5 de zaake daerin geroert, aldus geleghen is. Om te vaaren met denGa naar eind5 6 waaghen, van Mujde op Naarde plagh men eertijds te gebrujken 7 de singel van 't Casteel, ende voorts den zeedijk, die, overmits zijneGa naar eind7 8 kromten, veroorzaakt door meenighe inbreuk van 't waater der 9 Zujderzee, zeer lang ende moejlijk viel. Ende hebben, te deezen 10 opmerke, die van Mujde raadzaam geacht, tot gemein gerijf vanGa naar eind10 11 den rejzenden man, te maaken eenen binnenwegh, door de wejden, 12 van de Oosterpoort af, tot aan de Bergher Googh: doch, zichGa naar eind12 13 vindende (zoo 't schijnt) te kort van middelen, zeker subsidie 14 verzocht aan d'Ed. Grootmo. Heeren Staaten van Hollandt ende 15 Westvrieslandt, tot voltrekking des werx, waaraan noch 140 roe-Ga naar eind1516den, en twee bruggen, te leggen over de Waatergangen, ont-17braaken. Welk subsidie hun ook gratieuselijk van hunne Ed.Ga naar eind17 18 Grootmo, in den jaare 1598, is ingewillight, onder conditie, dat zij 19 den voorzejden wegh, en de 2 bruggen, zouden opmaaken, endeGa naar eind19 20 dezelve, samt de singel van 't Casteel, repareren ende onderhouden,Ga naar eind20 21 bujten 's Lands koste, ten eeuwighen daaghen. Zijnde dan de 22 voorzejde wegh voltooghen; zoo hebben de ejghenaars der landen 23 strekkende lanx den zelven, zich daarbij zoo verre gebeneficieert 24 gezien, dat zij, niet alleenlijk aan elk ejndt, gelijk te voore, maar 25 ook ter zijde, bij overbrugging, eenen oft meer ujtgangen kunnen 26 genieten: denwelken zij, indien de gemelde wegh, (gelijk die van 27 Mujde verzoeken) verkocht wort, zullen moeten derven; behou-28dende nochtans de ujtgangen boven ende beneeden. De ejghenaars 29 jeghenwoordelijk zijn de Heer Pr Reaal, oudtontfanger der 30 gemeene middelen over 't quartier van Amsterdam, TimonGa naar eind30 31 Janszoon Haaghen, Wachtmr tot Mujde, ende voor een kleenGa naar eind31 32 gedeelte Gijsbert Gijsbertszoon, woonaghtigh aldaar, die zich (zooGa naar eind32 33 ik verstaa) ook geen' parthije maakt. Van de pretentie der welkeGa naar eind33 34 U. Ed. Mo. naar haare groote discretie, best zullen weeten te oor-35deelen. Die van Mujde, daarentussen, hoewel zij, bij 't verkoopen 36 van den voorschreeven wegh, ijetwes gebaat zouden zijn, blijven | |
[pagina 398]
| |
37 echter belast met het onderhouden van de voorschreeve cingel, 38 ende van hun aandeel in den nieuwen trek- ende waaghenweghGa naar eind38 39 onlanx gemaakt, in plaatse van den questieusen; 't welk (naarGa naar eind39 40 mijne kennisse van hunnen soberen staat) hen genoegh drukken zal.Ga naar eind40 41 Ende zullen U. Ed. Mo. doen conform haare goedertierenheit, 42 indien 't haar gelieft daarop een gunstigh inzight te neemen. 'TGa naar eind42 43 welk weezende al 't geene, waarmede ik U. Ed. Mo. in deezen 44 zoude weeten te dienen; bid ik Godt den Almaghtighen, dezelve in 45 gelukzaalighe regeeringe altijds te bewaaren, ende in haare goede 46 gratie, 47Ede etc. 48U. Ed. Mo. 49Onderdaanen, ootmoedighen 50dienaar, 51P.C. Hóóft. 50Ujt Amsterdam, den naast- 51lesten des jaars 1641.
Advies bij een ingediend rekest. |
|