877 Clarissimo Doctissimoque Viro, Domino Henrico Renerj, Philosophiae in Academia Ultrajectina Professori.
1 Accepi nuper, Vir Clarissime, litteras tuas effusae humanitatis 2 plenissimas. Quibus testimonijsque, quae continebant, tribuens, ut 3 par fuit, plurimum, pactus sum haud gravatè cum juvene com- 4 mendato de minervali, praesente assentienteque patre. Cum autem 5 tum temporis ignoraremus, quando nobis hinc discedere Mudam 6 liceret, idque hodié contigerit, teneor ex promisso, rogare te, ut 7 illum migrationis nostrae certiorem facias, quo et ipse quamprimùm 8 eó se ad nos conferat. Pro benevolentia interim, qua me dignaris 9 immeritum, summas me tibi, verique affectus gratias debere, 10 meritò libensque agnosco; relaturus eas libentius multò reipsâ, si 11 detur occasio. Quod exopto, ut
12 Amsterodamo,
15 V Idus Majas MD CXXXVII.
12 Claritudini tuae obstrictissimus
15 P C Hóóft.
vertaling
Enigen tijd geleden ontving ik, Doorluchtige Heer, uw schrijven, van overvloed van mensenliefde boordevol. Hieraan en aan de getuigenissen, die het bevatte, gelijk behoorlijk was, de hoogste waarde hechtend ben ik, zonder zwarigheid te maken, met den aanbevolen jongeman tot een accoord gekomen over het studiegeld, in tegenwoordigheid en met instemming van den vader. Daar evenwel wij toentertijd niet wisten, wanneer het ons mogelijk zou zijn, van hier naar Muiden weg te gaan, ben ik, nu heden mij dit is te beurt gevallen, gehouden krachtens belofte, u te vragen, dat ge hem van onze migratie in kennis stelt, opdat hij ook zelf zo spoedig mogelijk derwaarts zich tot ons begeve. Dat voor de welwillendheid intussen, waarmede ge mij zonder verdienste mijnerzijds verwaardigt, ik u den hoogsten dank, een dank van ware genegenheid, verschuldigd ben, wil ik, naar ge verdient, volgaarne erkennen, om dien dank nog veel meer volgaarne te bewijzen met de daad zelve, zo de gelegenheid geboden wordt. Hetwelk ik vurig verlang als zijnde
de aan Uw Doorluchtigheid
zeer sterk verplichte
P.C. Hóóft.
Amsterdam, 11 mei 1637.
Henri Reneri, 1593-1639, was een veelzijdig geleerde en filosoof, met verscheidene van Hooft's correspondenten bevriend. Hoogleraar te Deventer 1631,