De briefwisseling van P.C. Hooft. Deel 2
(1977)–P.C. Hooft–
Auteursrechtelijk beschermdTweede deel
|
Regelnummers proza verbergen
| |
[pagina 932]
| |
875 Eersame voorsienige Zeer discrete vrunt Sr Carel van Wijen wonende opte Heere Graft inde vlucht van egypten tot Amsterdam Omme te behandigen aenden Heere Pr Cornelissen Hooft Drost van Muyden met een sack met stuckenPort
1 Mijn *Heeft*Ga naar voetnoot+ Hooft
2 Ick hebbe Ue. missive in date den xviij april 1637 mette somme van 3 ses ende twintich ende [ende] halve rijcxdalders ontfangen, 4 als mede de voorgaende, dient daerop voor antwoorde dat ick dien- 5 volgende daervuijt betaelt hebbe aende heere Adt Strijen de somme 6 van xxv gul xiij stuvers over zijn verdient Sallaris inde saecke van 7 Ue iegens Abraham Gijsen ende Crijn Martenssen van HilfersomGa naar eind7 8 voorden Hove van Hollt vuijtstaende gehadt, ende de reste over 9 mijn verdient ende verleijt Sallaris behouden volgende UeGa naar eind9 10 schrivens, voorts hebbe ick Ue missive adresserende aenden HeereGa naar eind10 11 Jr Quijntijn de Veer bestelt tot recommandatie vande expeditie inde 12 saecke van UE tegens Nicolaes Sohijer voorden Hoogen rade 13 vuijtstaende, ende hebbe bij gelegentheijt oock de expeditie aende 14 Heeren Mrs Rochus vanden Honaert als Reijgersbergen ge- 15 recommandeert ende meenen datter weijnich apparentie es omme 16 voorde vacantie van pincxteren sententie te becomen dan vinden 17 goet datmen de heeren van den Hooge <rade> int generaelGa naar eind17 18 recommandeert de expeditie vande saecken, ende indien Ue gelieft 19 over te comen omme ingelijcx de expeditie te vorderen, soude 20 tselve dienen metten eersten te zijn gedaen, op hoepe offer noch 21 eenige apparentie voor pincxter mocht zijn, eijntel seijnde ick UeGa naar eind21 22 wederomme te rugge de sack mette stucken van Ue. jegens de 23 voorn Hilleversons volgende Ue schrivens Hijermede zijt den 24 Allmogende Heere bevoelen geschreven in S'gravenhage 25 den xxiiij April 1637 25 U E. dienstwillege 26 R vander Burch |
|