De briefwisseling van P.C. Hooft. Deel 2
(1977)–P.C. Hooft– Auteursrechtelijk beschermdTweede deel
Regelnummers proza verbergen
| |
[pagina 858]
| |
829 A Monsieur Monsr Joost Baek, bij 't oudemannenhujs in No 3. tot Amsterdam.1 Monsr mon Frere,
2 Mijn' hujsvrouw is nu redelijk bekoomen, haere dochter opgestaen, 3 de mijne der koorts quijt: zulx Arnout, die ze noch om den ander-Ga naar eind3 4 den dagh, doch lichter heeft, (God zij gedankt) d'eenighe ziek is.Ga naar eind4 5 Dies vejrdigh ik brenger dezes af, om te verstaen oft wij U.E. met 6 de H.H. Reael en Vossius, op morghenavondt oft op zondagh, ende 7 te welker tijdt alsdan, te verwachten hebben. In allen gevalle, 8 gelieve U.E. ons heden oft morghen ten langsten een vierendeel 9 Rijnschen wijns te bestellen, van den geenen, die U.E. liefst heeft 10 te drinken. D'Almoghende behoede U.E. met alle de haeren in 11 genaede, ende in haere beste gunste, 12 Monsr mon Frere, 13 U.E. 14 Verplichten, dienstwsten broeder 15 P C Hóóft. 14 Vanden Hujze te Mujden, 15 5 Sep. 1636. |