De briefwisseling van P.C. Hooft. Deel 2
(1977)–P.C. Hooft– Auteursrechtelijk beschermdTweede deel
Regelnummers proza verbergen
| |
[pagina 739]
| |
755 Aen Albert van Aisma, ontfanger gnt der Kloostergoederen van Vrieslandt.1 Ede &c.
2 Het is nu meer dan zes maenden geleden dat ik Uwer Ed. hebbe 3 aengeschreven, hoe mijne geleghenhejt, tegens den jeghenwoor-Ga naar eind3 4 dighen tijdt, was vereischende de zesdujzent gulden hooftgelds 5 ujtstaende onder U.Ed. ende verschenen opden vierden dezer 6 loopende maent. Deze, derhalven is ten ejnde Uwer Ed. gelieve 7 ordre te stellen, dat de voorzejde zesdujzent gulden hooftgelds met 8 den interes, nae beloop des tijds, mij eerstdaeghs moghen werdenGa naar eind8 9 betaelt hier ter stede, vermoghende de obligatie ende acte, daer afGa naar eind9 10 gepasseert bij U.Ed. Waer toe mij verlaetende, beveel ik U.Ed. in 11 schut en scherm des almaghtighen, nevens dienstighe groete en 12 eerbiedenis 13 Mijn'heere, van 14 Uwer Ed. 15 gansdienstwen 16 P C Hóóft. 15 Ujt Amsterdam, 16 19 Feb. 1636.
De aan Friesland geleende ƒ6000, waarvan de aflossingstermijn verstreken is, (vgl. 722) zijn niet terugbetaald. Rappèl. |