De briefwisseling van P.C. Hooft. Deel 2
(1977)–P.C. Hooft– Auteursrechtelijk beschermdTweede deel
Regelnummers proza verbergen
| |
[pagina 500]
| |
620 A Monsieur, Monsr Joost Baak, bij 't oudemannenhujs, in No 3. tot Amsterdam.Loont.
1 Monsr mon Frere,
2 Ik danke UE ende monsr vander Kindert, voor 't vorderen derGa naar eind2 3 pen tot Haerlem, die Sr Carel mij geschreven heeft, bij hem 4 ontfangen te zijn. Dat ik zoo lange vertoefde, met den rentmrGa naar eind4 5 daeromme te maenen, was, mits ik van tijdt tot tijdt hoopte, vanGa naar eind5 6 Noordingen te bekoomen den brief die hierinne gaet. Nu komt hij 7 zoo veel te spaede, ende benodight mij UE ende monsr vander 8 Kindert op nieuw te quellen, ten einde zijner E gelieve denzelven 9 over te leveren, ende terugge te vorderen de beschejden daer in 10 steekende, mits betaelende den rentmr oft zijnen klerk, 't rechtGa naar eind10 11 van 't comptoir, 't welk hij te eisschen heeft, als nae gewoonte; 12 ende ik UE ten danke, als rede is, zal goedt doen, ende, zoo mijGa naar eind12 13 recht voorstaet, 10 oft 12 gl beloopen zal. Het ouwde, dat hierbijGa naar eind13 14 gaet, vertrouw ik, UE mij, bij wissel, met ijet nieuws zal vergelden, 15 als de kas daer af gestoffeert is. Gelieve ook eens te denken, aen deGa naar eind15 16 preeke van Socrates, ende als 't 'er ujt vallen magh, mij de kladdeGa naar eind16 17 te doen weder hebben. Ondertussen gebiede mij van heeler harte, 18 aen UE ende Joffre zuster, dewelke God almaghtigh, met alle die 19 haer lief zijn, in eere ende voorspoedt bewaere, nae wensch, 20 Monsr mon Frere, van 21 U E 22 Toegeneghen, 23 dienstwsten broeder 24 P C Hóóft. 22 Vanden Hujze te Mujden, 23 17 Apr. 1634.
Financiële ambtelijke zaken. |
|