Ik stopte wel meer dingen in mijn broekzakken en dat stukje ballon was dus niets bijzonders. Het zat daar goed bij de andere dingen, een potloodje, een knikker, schroefoogje, cent, schelpje, steentje, en het zou daar nog gewoon een tijd gezeten hebben en gewoon vergeten zijn als ik niet met dat idee van een vlot bezig geweest was. Ik zou het op den duur gewoon weggegooid hebben of mijn moeder zou bij de was de broekzakken radicaal binnenstebuiten gekeerd hebben zodat ze als zeiloren de wereld in staken. En de spulletjes zouden gedegradeerd zijn tot onbenullig afval. Ze zou geen goed woord over gehad hebben voor wat er in die broekzakken zat en het stukje ballon zou zeker in ongenade zijn gevallen en in de vuilnisbak zijn verdwenen.
Ik las ergens dat je lucifers tegen water en vochtigheid kon beschermen door ze in kaarsvet te dompelen. Dat probeerde ik uit. Ik zette een blikje op het vuur en legde er stukjes kaarsvet in. Die werden slap en week en veranderden in een doorzichtig plasje. Toen ik de lucifers erin legde schuimden ze een beetje, maar verder gebeurde er niets. Ze gingen niet in brand.
Ik haalde de lucifers uit het blikje en zorgde dat het kaarsvet goed aan alle kanten en vooral aan de koppen van de lucifers zat. Maar toen ik ze uit ging proberen, kreeg ik ze niet aan. Eerst dacht ik dat het aan het lucifersdoosje lag dat ik ook met kaarsvet ingesmeerd had, maar ook met een spiksplinternieuw doosje lukte het me niet een van de lucifers aan te krijgen.
Toen dacht ik opeens aan het kapotte ballonnetje en stopte er een bosje lucifers en een zijkantje van een lucifersdoosje in. Ik knoopte het stevig met een touwtje dicht. Zo kon er absoluut geen water in komen, zelfs niet wanneer in een grote storm de golven over het vlot heen zouden slaan en zo zou ik dus in tijd van nood altijd vuur kunnen maken. Bovendien had ik mijn brilleglaasje nog.