De voetbalperiode van Leonard Kerk is niet zo vlot van de grond gekomen. Het begon met het blootsvoets voetballen. Hij heeft drie maanden lang, zich bijna alles opofferend, keihard moeten sparen om een voetbaluitrusting die bij een ‘grote jongen’ past te kunnen kopen. Daarna mocht hij meedoen aan de oefeningen op Lantidjari, een perceel achter de Bonifaciuskerk, maar deze harde tijd blijkt hem later geen windeieren te hebben gelegd.
Wat als een eerste hoogtepunt in zijn Surinaamse voetbal carriere beschouwd had moeten worden, werd een ware ontgoocheling.
Leonard Kerk werd geselecteerd voor het nationaal elftal, maar trainer Landkoer weigerde botweg hem daarin op te nemen. De trainer vond de jongen gewoonweg ‘te brutaal’. In zijn eerste Interland zou hij tegen Trinidad zijn uitgekomen, maar Brakke mocht in zijn plaats optreden, in weerwil van de publieke roep om Kerk.
In het buitenland heeft deze Surinaamse sporter grote opgang gemaakt met zijn staaltjes van spelvaardigheid, waarbij hij bijvoorbeeld als een vliegtuig enige tijd boven het veld zweefde, de bal in de lucht pakte en een draai van 180 graden maakte. Gado gi! Sommigen noemden hem d'Andrade naar een voetbalkunstenaar uit Uruguay. Anderen bezigden gaarne de liefkozende aanspreektitel ‘Maestro’. Op Curaçao hielp hij de V.V. Boys leiden naar het kampioenschap (1945) en vele jaren als lid van Xerxes op Suffissant was hij de gangmaker naar een langdurige eerste plaatsbezetting. In 1947 komt men de toen 32 jarige Kerk als profvoetballer in Venezuela tegen.
Ook als schaker heeft Leonard Eduard Kerk zich laten gelden. Tegen de oud-wereldkampioen Euwe speelde hij remise, evenals tegen de internationale Grootmeester Donnor. De eerste maal in 1947 en de tweede in 1984. In april 1989 verloor hij na een drie en een half durende partij van Timman. Later werd Kerk gediplomeerd schaakleraar en verzorgde hij schaaklessen. Op zijn oude dag kijkt de ‘maestro’ met genoegen en erkentelijkheid terug op hetgeen hij gepresteerd heeft. Hij geeft nog steeds schaakinstructies aan wie erom vraagt en bestudeert gestadig de schaaktheorie. ‘Vroeger’, zegt hij, ‘was ik een bezielde bewonderaar van Walter Amo (de N.G.V.B.