Nieuwe proeve van klijne gedichten voor kinderen(1778)–Pieter 't Hoen– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 153] [p. 153] De weltevreden arme jongen. Al ben ik in een laagen stand, Van overvloed beroofd, geboren. Ik zal geen dwaze klagt doen hooren; Ik krijg mijn deel ook uit Gods hand. Ons Buurmans kind heb lekkernij! Hij roem' op schatten en vermaken! Het geen ik eet kan mij zoo smaken; Ik leef zoo vergenoegd als hij. Ik roem Gods milde liefde en trou, Al kan ik mij niet pragtig kleden; Een sober kleedje kan mijn leden Ook dekken tegen Winterkou. Vorige Volgende