Nieuwe proeve van klijne gedichten voor kinderen(1778)–Pieter 't Hoen– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 58] [p. 58] Het welberaaden kind. Zeg broeder; warom zou ik leeren? Mijn vader heeft meer geld En goedren, dan ik kan verteeren; Warom mijn hoofd gekweld, Met nutteloos naar iets te tragten Dat nooit mij helpen kan? Laat de arme hulp van wijsheid wagten; 'k Word zonder haar een man. En ik, sprak Flip, wil zoo niet leven; Ik leer, al ben ik klijn, 'k Zou anders, rijk en onbedreeven, Een gouden ezel zijn. Vorige Volgende