Nieuwe proeve van klijne gedichten voor kinderen(1778)–Pieter 't Hoen– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 56] [p. 56] Het vinkje. Och! och mijn vink! - hou vast! - de kat! Daar heeft ze 't beestje al half verslonden, Dat straks nog uit mijn handjes at, Eer 't aan dit draadje was gebonden. Hoe aardig zat het op de kruk. Geen één, die beter uit kon halen. Die booze kat zal 't ongeluk, Die diefstal met haar hals betalen. Zij moet er zonder twijffel aan. Ik zal mijn vink haar op doen breken, En haar - maar was het wel gedaan, Als ik mij op de kat ging wreken? Zij weet niet, dat ze er kwaad aan doet, Al heeft ze 't vinkje doodgebeten. Waar bergde ik mij, was God niet goed? Ik zondig tegen beter weten. [pagina 56a] [p. 56a] het vinkje. Zij moet er zonder twijffel aan! Ik zal mijn vink haar op doen breken, bl.56. Vorige Volgende