Nieuwe proeve van klijne gedichten voor kinderen(1778)–Pieter 't Hoen– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 53] [p. 53] De geduldige. Mijn zuster Ceetje mint mij niet; Al heb ik niets misdreeven, En wil haar alles geven, Nog brouwt zij mij gestaag verdriet. Zij doet mij niets dan plagen; En wijl mijn moeder haar bemint, Krijg ik, wanneer zij mij begint Te kwellen, nog wat slaagen. Ik zwijg maar, en beschrei mijn lot, En schoon ik heel onschuldig Gedrukt word, 'k ben geduldig, En klaag mijn nood alleen aan God. Ik zal zijn trouw herdenken; En bidden dat hij in mijn smart Mijn zusje Ceetje een beter hart En mij geduld wil schenken. Vorige Volgende