Nieuwe proeve van klijne gedichten voor kinderen(1778)–Pieter 't Hoen– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina t.o. 13] [p. t.o. 13] de luije. Gij kunt mijn kind niet langer wezen; Trek dit pak aan. bl.14. [pagina 13] [p. 13] De luije. Ons Pietje was voor weinig dagen Ter school besteld. Eerlang begon hij dus te klagen; Kost dat nog geld! Dat kon mijn Vader wel bespaaren, 'k Leer liever niet. Ik slijt voor geld mijn jonge jaaren In veel verdriet. Ik moet in school en t'huis braaf leeren, En nog daar bij Mij van een' Meester zien regeeren; 't Is slavernij. [pagina 14] [p. 14] Papa, die hem had horen spreken, Liep naar hem toe. Gij zijt, zei hij, gelijk ik reken, Het leeren moê. Wel aan, mijn kind, 'k wil u niet dwingen; Blijf voortaan t'huis. De klijne Piet begon te zingen, Verlost van kruis. Papa liet aanstonds kleertjes kopen, Daar 't schaamelst kind Zich schaamen zon om meê te lopen. 'k Heb u bemind, Dus sprak de man en veel gepreezen; Dat 's nu gedaan. Gij kunt mijn kind niet langer wezen; Trek dit pak aan. [pagina 15] [p. 15] Die luij en werkeloos wil leven, Wordt bedelaar. Gij kunt aan 't beedlen u begeven Gij zijt nu klaar. Het bange kind begon te kermen; 'k Zal 't niet meer doen. Hij vloog zijn Vaderlief in de armen Met zoen op zoen. Neen, riep hij, 'k wil geen luijaard blijven, Al ben ik klijn, 'k Wil liever leeren, leezen, schrijven, Dan beedlaar zijn. Vorige Volgende