Liederen voor groote en kleine kinderen(1879)–Emanuel Hiel– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 85] [p. 85] XCV. - Gent. Zijt gij niet meer heden, Zijt gij niet meer 't machtig, rijke Gent! Gij hebt fel gestreden, Dat is wel gekend! Dat is gekend door gansch het land, Dat wordt geroemd ten allen kant! Daarom min ik Gent, Ja Gent! zoolang mijn hert zal slaan. Stad der Schelde en Leie, Door het onderwijs zoo hoog geroemd, Dat als frissche meie, In uw midden bloemt. Gij zendt de zoons nog overal; Die stichten 't goede bovenal! Daarom min ik Gent, Ja Gent, zoolang mijn hert zal slaan. Stad der Artevelden, Nijverheid en vrijheid hieldt ge in stand; Gij, met uwe helden Streedt voor 't vaderland. Gij, hou en trouw ten allen tijd, Met vlijt aan kunst en eer gewijd! Daarom min ik Gent, Ja Gent, zoolang mijn hert zal slaan. Vorige Volgende