Liederen voor groote en kleine kinderen
(1879)–Emanuel Hiel– Auteursrechtvrij
[pagina 35]
| |
Ze zong van sterren schoon en klaar,
Dat aldus ons gezicht
Moest toonen, altijd rond en waar,
Wat in ons herte ligt.
Ze zong begeesterd, blij en luid,
Vereerend vreugd en deugd,
En was haar simpel liedjen uit,
Toen was elk diep verheugd.
|
|