gang naar de rooms-katholieke Kerk. De voor de hand liggende vraag, waarom Hermans zijn gramschap toch
altijd richt op de kunstwereld en niet op die der wetenschap, wijst hij met grote stelligheid af.
- Er bestaat veel minder aanleiding om de Nederlandse wetenschappelijke wereld aan te vallen,
zegt hij, die zit veel beter in elkaar, er zijn veel minder gekke dingen in mogelijk.
Terwijl de schrijver zijn blikken met vriendelijke berusting doch weinig hoop over het
Groningse Marktplein laat dwalen, geeft hij toe dat hij wel degelijk door heimwee wordt
gekweld in deze stad waarnaar zijn wetenschappelijk ambt hem dreef. Hij begeeft zich
daarom vrij regelmatig per witte Morgan-sportauto over de Afsluitdijk in snelle vaart naar
de hoofdstad. Na zijn dagelijkse werk is Hermans, die geen leven van uitspattingen leidt,
altijd te vinden bij vrouw en kind in zijn woning aan de Groningse Spilsluizen, een statig
patriciërspand dat betere tijden heeft gekend, met uitzicht op water. De inrichting van het
huis is gematigd modern; het televisietoestel van knutselaar Hermans staat op een
eigenhandig gefabriceerd tafeltje van hexagon-constructie. De gelijkvloerse werkkamer
bevat een grote stalen Ahrend-kast met veel documentatiewerken over psychologie, filosofie
en natuurwetenschappen. Interviewers krijgen Hermans' echtgenote zelden of nooit te zien.
- Vindt u dat er de laatste vijftien jaar veel dingen in Nederland veranderd zijn?
- In wezen is er niet veel veranderd; wel zijn een aantal uiterlijke dingen veranderd. Ik heb destijds,
omstreeks 1950, mijn bezwaren tegen de katholieken onder woorden gebracht [...]
- Het zal u waarschijnlijk bekend zijn dat uw collega Van het Reve juist sterk gefascineerd
wordt door het katholicisme.
- Ja, wat er met Van het Reve gebeurt, is heel zielig. Aan de ene kant zegt hij dat hij de dogma's
van de katholieke Kerk omhelst en liefheeft, terwijl hij aan de andere kant God voorstelt als een
ezeltje. Ik vraag me af of hij denkt dat dogma een katholiek woord is voor ezel.
- Enige rooms-katholieke geestelijken, onder anderen pater Brussart, hebben juist hun
waardering voor Van het Reve uitgesproken, speciaal voor zijn laatste, sterk religieus getinte
brieven, Nader tot U.