Geloven in de grutter
Ik lees op de winkelramen van 'n grootgrutter: Verander van kruidenier! Kom binnen!
Zoiets moet je tot je laten dóórdringen.
Wil ik van kruidenier veranderen?
Neen! Nooit!
Liever nog verander ik van godsdienst.
Er zijn een paar dingen in het leven die je trouw blijft. Daaronder valt ook de grootgrutter. Mijn grootgrutter.
Wij Nederlanders zijn lid van 'n omroep, behoren tot 'n kerkgenootschap en gaan naar 'n bepaalde grutter. Dat zijn drie zaken. Maar de kruidenier is de grootste van de drie. Wat er ook gebeurt: de kruidenier blijven we trouw.
Als iemand mij toeroept: Verander van kruidenier, dan beschouw ik dat als een aanval op mijn integriteit. Dat doe je niet: van kruidenier veranderen.
Wij, toch een volk van kruideniers, weten heel goed waarom we die bepaalde kruidenier gekozen hebben. Hij vertegenwoordigt voor ons een geloof.
Alleen de kruidenier kan ons nog verlokken tot gevoelens van tevredenheid.
We vertoeven er graag en gaan er steeds opgewekt weer vandaan. We worden als mensen ontvangen en dienovereenkomstig behandeld.
Onze kruidenier: dat is de man die onze feestdagen verblijdt. De man die onze zaterdagse recreatie regelt. Die altijd wel een verrassing in petto heeft. Aanbiedingen, voordeeltjes: ze zijn er telkens opnieuw, te kust en te keur.
Mijn eigen kruidenier: de beste van de wereld! Hij begeleidt mij en verlicht mijn zorgen. Eigenlijk valt, als ik het goed begrijp, ons geloof samen met onze kruidenier.
Een kruideniersgeloof: ja, dát hebben we!