Ongenoegen
De grote demonstratie in Den Haag, waaraan door meer dan 'n half miljoen Nederlanders werd deelgenomen, was naar mijn idee niet alleen gericht tegen de komst van kruisraketten: achter de slogan ‘Kruisraketten Nederland, Europa en de wereld uit’ school een groot, algemeen ongenoegen dat mogelijk velen zich niet bewust zijn geweest. Een ongenoegen, gericht tegen de verkruimeling van onze maatschappij, tegen de onmacht van de bestuurders, tegen ons eigen gebrek aan inspiratie en tegen het ontbreken van enig perspectief op een zekere toekomst.
Dat de demonstratieve tocht zo'n massaal gebeuren kon worden komt omdat veel Nederlanders met verbazing moeten constateren dat hun Europa langzaam maar zeker in nevel en mist van misverstand, argwaan, onhoudbare structuren en geestelijke armoede verzinkt, terwijl de leiders lachend aan hun banketten zitten.
Wat hebben wij zelf, burgers, nog te bieden aan vernieuwende ideeën? Zitten wij zelf, wij allemaal, niet vastgekoekt aan onze tv-stoelen, niet meer in staat ons te verheffen?
En de boodschap van de kerken: wordt die nog verstaan? Zijn de kerken niet verworden tot uitgebluste instituten die niet meer in staat zijn tot leven te wekken wat als een grote schat aan hen toevertrouwd is? Mist de menigte niet het orgaan voor het ontvangen van traditionele boodschappen? Dat grote ongenoegen komt wellicht in hoofdzaak voort uit de gebleken voosheid van onze technische vooruitgang. Wat hebben we ermee gewonnen, wat verloren? Onze verhoudingen en relaties zijn er niet beter op geworden, integendeel. Huwelijken blijken fragiel te zijn, vriendschap is problematisch. Onze relaties zijn als onze frustraties: er is