Portret van een landschap. Gedichten 1953-1997(1998)–Leo Herberghs– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 30] [p. 30] Ik schuil Ik schuil in de handen der stenen en nestel mij tussen de bloemen, gelukkig dat ik ben vergeten. Ik laat in mijn haren de regen zijn webbe van droefenis weven en word weer een deel van de aarde. Voor ik voorgoed ga verzinken onder het gras van de avond, vraag ik het aan de sterren: of ik, bemind door de hemel, in vrede terug mag keren naar de onsterflijke goden vanwaar ik ben uitgezworven. Vorige Volgende