Semi-finale(1982)–Albert Helman– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 42] [p. 42] Liefdeslied Bloemenbed ben je, mijn geurige bloemenbed. Vogelkooi ben je, mijn zingende vogelkooi. Wolkenlucht ben je, vol lieflijke wolken, sappige fruitmand, een mondvol zoet vruchtvlees. Maar je bent bovenal zachtheid van dat wat vingers bevoelen, wat wangen beroert: lentebries, dauwdroppels, vlinderlicht strelen van ritselende zijde, van weke fluwelen. Wàt ben je niet, - en waar niet aanwezig? Harteklop ben je, mijn bonzende hartslag. Bloed ben je, zenuwen, ademtocht, gal ook. Speeksel en sperma. Mijn lief, je bent àlles. Vorige Volgende