Semi-finale(1982)–Albert Helman– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 12] [p. 12] Corridors Ik wandel door de lange corridors der stilte, met slechts mijn voetstap hoorbaar op de marmervloer, kort, droog en zonder echo. Schreden zonder wil te belanden in het voorportaal dat naar beneden voert, de nacht in van de kelders, van het souterrain vol boze geesten die hun schaduwen vermengen met spinrag van herinneringen en de brijn, bruin opgedroogd en kleverig van oud tranen plengen. Ik wandel heden over een verspild verleden, maar heden is óók nacht, alleen heel stil... Vergane paperassen, stuivend stof om te vertreden is wat nog overbleef. De ingeslapen wil om nog een wijle voort te gaan, niet bij de pakken droefgeestig neer te zitten, achterom te staren naar 't sluipend ongedierte: ratten, kakkerlakken en pissebedden, uitgebroed in molm van dwaze jaren. 't Is beter moeizaam weer de trappen te bestijgen waar open wandelgangen, lege loggia's zich strekken rondom besloten kamers waarin dierlijk hijgen mij verontrust. Niet één bewoner wekken, slechts de nacht in kijken, zelfs al zijn er dan geen ochtendsterren te bekennen, ook geen dageraad. Alleen omdat de toren - tel maar - dertien slaat, abrupt een einde maken aan de zelfgesprekken en zelfs de zachtste zucht te onderdrukken. Als een man. Vorige Volgende