de dominions noodzakelijk acht, al zullen deze er waarschijnlijk geen gebruik van maken?). Gaarne geef ik t.z.t. mondelinge toelichtingen.
Ten aanzien van de reorganisatie zal het volgende aan den Conseil voorgesteld worden:
Het reorganisatie-comité zal het ‘Comité des relations internationales’ heeten en de tegenwoordige samenstelling behouden.
Het zal met de volgende sous-comité's werken:
1e. Politique commerciale et entraves au commerce, bestaande uit technici.
Vraagstukken:
Clause de la nation la plus favorisée.
Methodes d'établissement des indices tarifaires.
Traitement des étrangers.
Protectionnisme indirecte (administratif).
Pratiques douanières en matière de droits ad valorem et de droits spécifiques.
Stabilité des tarifs douaniers.
Formalités douanières.
Dumping. Discriminations tarifaires.
Entraves au trafic aérien.
2e. Ententes industrielles internationales et rationalisation, bestaande uit enkele leden van het sous-comité No. 1 en enkele leden van het tegenwoordige comité voor de ententes industrielles.
3e. Relations européennes. Dit zal van dezelfde samenstelling zijn als het Comité des relations internationales, plus desgewenscht eenige technici. Het heeft de ‘trêve’ en de Europeesche kwestie voor zijn rekening.
4e. Europa/Etats Unis. Dit is Pirelli's lievelingsdenkbeeld, waarvan hij niet af te brengen is. Over de samenstelling van dit sous-comité zal later beslist worden, wanneer men den specialist gevonden zal hebben, die de vergelijkende studie van productie-voorwaarden in de Vereenigde Staten en Europa op zich neemt en daarover rapport uit zal brengen. Dit wordt dus een ongevaarlijke, misschien zeer interessante, maar mijns inziens niet bepaald noodige studie, waarvoor geld buiten de begrooting gevonden moet worden.
5e. Relations avec l'Extrême-Orient. Tegen de instelling van dit sous-comité heb ik gewaarschuwd, maar de aanwezigen achtten het als attentie tegenover de Oosterlingen noodig, als men een comité van de Vereenigde Staaten heeft. Pirelli wil het echter voorloopig niet samenstellen, evenmin als het sous-comité.
6e. Relations avec l'Amérique du Sud, dat zuiver propagandistisch bedoeld is.
Wat betreft het punt der agenda: ‘Exchange de vues sur l'opportunité d'étudier par catégories de production, au sein de la Chambre de Commerce Internationale, les problèmes découlant des discussions des Comités “c” e “d”’, dit wordt voorloopig in de sfeer van den geleerde gebracht, die de bovengenoemde studie over de Vereenigde Staten/Europa maken zal.
Over de cartelisatie is slechts voorbijgaand gesproken. Dit punt komt echter zeker weer aan de orde, daar het Comité althans één overtuigd cartelist in zijn midden heeft (den heer Glivic), en de heer Duchemin zijn meening in den Conseil ook wel niet verzaken zal. Ook de heer Serruys heeft in het