Al de volksdichten. Deel 2(1865)–Jan Pieter Heije– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 229] [p. 229] Gebed des harten. Of gij al buigt op beide uw kniên, En of uw lippen zich bewegen, Daar wordt geen zegen door verkregen; De Heer wil 't hart gebogen zien! Een stille zucht, een stille traan, Is méer dan offers en gebeden; Hebt gij geleden en gestreden, De Heer zal 't zuchtend hart verstaan. Buig dus, ô God! ons Harte neêr, Leer onze Ziele tot U smeeken; Wat dan ons spréken moge ontbreken, Dat geve ons Uw genade, ô Heer! Vorige Volgende