Al de volksdichten. Deel 2(1865)–Jan Pieter Heije– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 212] [p. 212] Al te goed. 1. 'Al te goed, is Buurmans gek!' Och! 'k zou vreezen, Dat het zèlden een gebrek Van de méeste luî zal wezen! - Of zóo'n Gekheid niet verdient, Dat we haar als Wijsheid prezen? 'k Vraag het dikwijls, lieve Vriend! 2. 'Al te goed, is Buurmans gek!' - Wil probéren, Of uw Buurman dit gebrek Niet van U zou willen léeren! Wées 'te goed' maar, voor elkaâr... En het Paradijs zal keeren, Of het nooit verlóren waar'! [pagina 213] [p. 213] 3. 'Al te goed, is Buurmans gek!...' 'Arm, is Schande!...' ''t Héet niet bont, of 't heeft een Vlek!...' Och, dat ge àl die Woorden bande' Uit uw Taal en uw Gemoed: - Blijv' 't slechts Spréekwoord in den Lande: 'Elk is Allen al te goed!' Vorige Volgende