Al de volksdichten. Deel 2(1865)–Jan Pieter Heije– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 197] [p. 197] Verdrinken. ô Diepe zee, ô wijde plas! Wat ligt er in uw golven Al menig-een bedolven!... Maar toch! - hoe groot het aantal was Van hen, die in Uw' afgrond zonken, Toch zijn er vrij wat méer verdronken In 't klein jeneverglas. ô Diepe zee, ô wijde plas! Wie in Uw' vloed moest sneven, Weet, dat zijn dood en leven Toch in de hand des Heeren was! - Maar wie zegt, in Wiens hand zij zonken, Die in het helsche vocht verdronken Van 't klein jeneverglas! Vorige Volgende