Al de volksdichten. Deel 2(1865)–Jan Pieter Heije– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 44] [p. 44] Laafnis. De zomerhitte brandt en gloeit, Ofschoon 't al Avond wordt: Wat is er menig blad verschroeid, En menig bloem verdord! Een dag van zorg, een dag van leed, Is weêr voorbijgegaan; Gij kent ons harte, ô God! en weet Hoeveel 't heeft dóorgestaan. Maar koelte en rust daalt met den nacht Op alle velden neêr: Gij gaaft ze aan al wat naar U smacht... Ai! geef ze ook Ons, ô Heer! Vorige Volgende