Al de volksdichten. Deel 1(1865)–Jan Pieter Heije– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 111] [p. 111] Vonken. Meisjes! als ge doove kolen Hebt gerakeld onder de asch, Leît er ligt een vonk verscholen, Die nog niet gedoofd en was. Weest voorzigtig met uw vuur: Goede raad is altijd duur! Doet het blaken nog en braden, Brandt het nog in vollen gloor, 't Zal u ligt zoovéél niet schaden, Want gij waakt dan zelv' er voor; Maar een vonkje, zoo men rust, Sticht wel brand, dien niemand bluscht. Meisjes! 't éérelijke branden, Dat de wereld vrij mag zien, Heeft nog nimmer schâ of schanden Aan de vrijsters doen geschiên... Maar de vonkjes, lieve Maagd, 'k Bid-je, dat ge er zorg voor draagt! Vorige Volgende