Al de volksdichten. Deel 1(1865)–Jan Pieter Heije– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 20] [p. 20] Eendragt. 1. Dàt gaf u lijdzaamheid en moed Gij, fier-ootmoedig Voorgeslacht, Eene Eeuw van worstling dag en nacht... 'Door Eendragt, Magt!’ 2. Eén-dràgt... o woord van diepen zin: Zie! àller handen, klein en groot, Ze drágen: trouw in allen nood, Ja, tot den dood! 3. Ze drágen: àllen t'saam als één, En èlk alsof hij àllen waar': En houden Spanje Tachtig jaar Den evenaar! [pagina 21] [p. 21] 4. En kinderhand wordt reuzenvuist: En als een greep van diamant Is 't - waar de teêrste maagdenhand Den last omspant. 5. Mijn dierbaar Volk, zie toe: er knaagt Een worm onzigtbaar aan den band Die thàns als éénheid u omspant: - Eendragt, hou stand! Vorige Volgende