Al de kinderliederen(1861)–Jan Pieter Heije– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 109] [p. 109] III. [pagina 111] [p. 111] Bij 't ontwaken. Zonneschijntje, morgenlicht, Als ge tintelt op de ramen En weêr blinkt in ons gezigt, Vouwen wij de handen zamen En wij danken, met ontzag, Voor dien nieuwen, schoonen dag. Zie! wij leggen 's avonds 't hoofd Altijd maar zoo rustig neder, Alsof iedereen gelooft: Morgen komt het zonlicht weder! - Niemand onzer denkt er aan, Dat ge ook eens niet op kondt staan. Niemand mooglijk heeft gedacht, Dat, zoo gij al weêr mogt komen, Ons misschien geen morgen wacht Na ons slapen, uit ons droomen.... Daarom, schoone morgengloed, Wees met blijden dank gegroet. Vorige Volgende