Al de kinderliederen(1861)–Jan Pieter Heije– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 88] [p. 88] Hobbelpaard. Hop, hop! mijn vrolijk hobbelpaard! Nu moet gij rijden met een vaart; Want och! ik heb zoo'n groote haast, Ik moet wat halen van hiernaast; - Daar is door Moeder, om de pret, Een bord met kersen neêrgezet, En als ge nu niet voort en maakt, Misschien is 't bord dan leêggeraakt: Dus rep-je, rep-je, wat je kan, Dan krijg-je er ook een kersje van; Want Vader zeît: een vlijtig paard Dat is de haver dubbel waard'. Vorige Volgende