Al de kinderliederen(1861)–Jan Pieter Heije– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 24] [p. 24] Jonge vogeltjes. Ze vlogen hoog, ze vlogen laag, Ze sprongen en ze zongen, Ze pikten wurmpjes gaauw en graag, En bragten ze aan hun' jongen; En 't kleine volk in 't nestje riep: ‘Piep, piep.... 'k bedankje wel. - Piep, piep!’ En 'k dacht, toen 'k dat zoo aardig vond: ‘Ben 'k ook zoo'n dankbre jongen?’ - En 'k ben mijn Moedertje terstond Eens om den hals gesprongen; En Moeder pakte mij, toen 'k riep: ‘Piep, piep.... 'k bedankje wel. - Piep, piep!’ Vorige Volgende