dig’. ‘Ik peins’ en ‘de paus’ klinken in bepaalde dialecten hetzelfde, ideaal om te combineren: De paas paast. Ook frequent gehoord: ‘ik kan’ en ‘een kan’, ‘ik leer’ en ‘de leer’, de ladder. Er zijn ook plaatsnamen die als een werkwoord klinken, bijvoorbeeld Menen. Of nog: Asse uitgesproken als ‘as’ en het dialectische ‘als’.
Beeldspraak helpt eveneens de nodige impact te genereren. Hoe visueler de wijsheid wordt voorgesteld, hoe gemakkelijker de toehoorder begrijpt wat moeders willen zeggen: bootjes die aanmeren, lege tafels, kannen en leren, grootmoeders met wieltjes enzovoort.
Rijm doet het altijd goed in de volkswijsheden. Dat heeft een aantal oorzaken. Het maakt een wijsheid gemakkelijker te onthouden en het klinkt altijd leuker, zeker als de antwoorden voor kinderen bedoeld zijn. Spreuken die rijmen, worden rijmspreuken of spreukrijmen genoemd. Voorbeelden genoeg: Moeten is dwang en bleiten is kindergezang, Spijt is wat de koe schijt enzovoort.
Sommige wijsheden krijgen de vorm van een kruisstelling of chiasme: twee woorden van een eerste uiting worden omgedraaid in het daaropvolgende deel. Wie trouwt met de trunte voor de munte, verliest de munte en houdt de trunte of Die de zot trouwt om zijn kot, verliest het kot maar houdt de zot.
Tegenstellingen of herhalingen zijn eveneens handige middelen om een wijsheid sprekender te maken. Vergelijkingen met de meest absurde dingen komen ook vaak voor. Denken we maar aan de lijst van ‘Het leven is als...’.