| |
| |
| |
‘In dat geval,’ zei de Dodo terwijl hij overeind kwam plechtig, ‘stel ik voor de vergadering te schorsen, aangezien het treffen van energiekere maatregelen op dit moment -’
‘Spreek je moerstaal!’ zei het Adelaarsjong. ‘Ik snap er de helft niet van, en jijzelf net zomin volgens mij!’ En het Adelaarsjong boog zijn kop omlaag om een glimlach te verbergen; een paar andere vogels kon je horen giechelen.
- Alice's Adventures in Wonderland
(1865), Lewis Caroll
| |
| |
| |
Vooraf
Een congruent ingekantelde ambitie
Krommunicatie. Het is een van de neologismen waarmee het legendarische cabaretduo Kees van Kooten en Wim de Bie in de jaren zeventig en tachtig de Nederlandse taal heeft verrijkt. Behoren ook tot hun schatkist: regelneef, stoned als een garnaal, en wel hierom, doemdenken, samen voor ons eigen, positivo, oudere jongeren en krasse knarren. Met Jemig de pemig (1999) bracht Ewoud Sanders een overzicht van alle woorden, uitdrukkingen en soortnamen die Koot & Bie aan onze taal toevoegden. Het bleek om maar liefst vijftig stuks te gaan.
Van wie beter dan van deze twee taaljongleurs kunnen we dus een woord laten figureren in de ondertitel van dit boek?
‘Krommunicatie’ was de titel van een sketch van Van Kooten en De Bie uit 1975, die op televisie werd uitgezonden en ongeveer tezelfdertijd ook verscheen op De eerste langspeelplaat van het Simplisties Verbond. Op die plaat hadden ze het ook over hommunicatie, mommunicatie, verdommunicatie, kortommunicatie, dommunicatie, verstommunicatie én sodommunicatie. Op televisie illustreerden Koot & Bie met filmpjes wat ze precies met die woorden bedoelden. Bij krommunicatie werd een fragment getoond van Liesbeth den Uyl, de vrouw van de toenmalige Nederlandse premier
| |
| |
Joop den Uyl, die in gesprek ging met werkende jongeren. De samenvatting van de uitzending definieerde krommunicatie als ‘het ontwijkende antwoorden in versluimerende termen, dit is krommunicatie’.
Maar laten we vooral gewoon van de sketch zelf genieten:
Bie: Demonstructie 3.
Koot: Slechts op zo weinig kunnen bogen dat men grote zwaarwegende indrukbogen moet gaan wekken. Twee schrijpende voorbeelden van krommunicatie.
Bie: Had u dit nou zien aankomen zoals het nu, eh, op u is afgekomen? Of, laat ik het anders stellen: leefde deze verwachting onder u? Of, eh, laat ik het anders formuleren: was u hierop nou voorbereid?
Koot: Nee, we hebben de afgelopen weken niks anders, eh, gedaan eigenlijk dan hierover vergaderen, maar binnen mij leefde deze verwachting zeer beslist niet. Wat de andere heren betreft dat weet ik natuurlijk niet, in die mate, maar ik dacht dat ook zij, of ik zou me moeten vergissen.
Bie: Het, eh, kwam dus, eh, ja, eigenlijk als een koude douche op u over.
Koot: Ja, zeer zeker kwam het dat. Het was een, eh, zeer zekere koude does. Te meer dat deze koude does onverwachts kwam, hè.
Bie: Eh, die had u niet zien aankomen.
Koot: Deze doezen hebben wij in de verste verte niet zien aankomen. En ik, eh, moet u zeggen, ik krijg ook enige mate, de nare smaak, de indruk in mijn achterhoofd, dat hier getracht wordt om de zwarte piet door te spelen.
| |
| |
Bie: Ja, legt u zich daar nou bij neer? Of, laat ik het anders stellen, eh, gaat u, eh. Of, nee, laat ik het zo formuleren, bent u nou van plan, eh, die zwarte piet ook weer terug te spelen?
Koot: Kijk u moet het zo zien natuurlijk. Wij zitten nu met de zwarte piet, dus eerst gaan wij uitgebreid met de achterban, eh, ons verstaan over de zwarte piet. En van wat daar uitrolt ten aanzien van de zwarte piet blijft natuurlijk bepalend voor, eh, onze verdere aanpak ván de zwarte piet.
Bie: Maar voorlopig, als ik samenvattend mag afsluiten, staat u dus eigenlijk als het ware met de zwarte piet tegen de muur.
Koot: Daar komt het in grote trekken wel op neer, ja. Enne, noodgedwongen zullen wij dan ook niet aarzelen om onze zwarte piet hard te maken.
Bie: Verwacht u dat nou in termen van, eh, op korte termijn?
Koot: Dat, nee, en, eh, grotendeels zeker niet vóór Sinterklaas.
De wollige zinnen van Koot & Bie roepen nog het meest het beeld op van politici die oeverloos praten zonder iets te zeggen. Maar politici zijn niet de enigen die hoog scoren voor krommunicatie. Verzekerings- en financiële instellingen, justitie en ambtenarij, academische en culturele wereld: ook daar is heldere taal vaak een probleem. Misschien is zelfs niemand zonder zonden. Allemaal gebruiken we weleens een moeilijk woord dat eerder potsierlijk dan intelligent overkomt. Allemaal verdwalen we weleens in onze eigen zinsconstructies, waarna we met een mond vol
| |
| |
tanden staan en met wat gestamel het ergste gezichtsverlies moeten zien te vermijden.
Het idee voor de #HeerlijkHelder-campagne ontstond naar aanleiding van IC Clear | Clarity2014, een conferentie over klare taal die ook naar Antwerpen kwam. Te gast was onder anderen de onvolprezen taalkundige Steven Pinker, die in zijn recentste boek The Sense of Style. The Thinking's Person Guide to Writing in the 21st Century (2014) veel aandacht besteedt aan helder taalgebruik. Hautekiet wijdde een item aan de conferentie en riep luisteraars op om voorbeelden van onbegrijpelijke teksten in te sturen. Zo massaal was de respons dat we dachten: hier moeten we iets mee (en tegen) doen.
Een van de eerste voorbeelden die ons werden bezorgd was deze zin van 134 (!) woorden uit een brief van een advocaat aan zijn cliënt:
In bovenvermelde zaak, waarin ik bij schrijven dd 28 aug 2012, waarvan ik u bijgevoegd een afschrift laat geworden, aan de raadslieden van de andere inzake zijnde partijen namens mijn betreffende cliënten een conclusie na deskundig onderzoek liet geworden, mocht ik tot op heden vanwege deze raadslieden van de andere inzake zijnde partijen geen repliekconclusies namens hun respectieve cliënten komen te ontvangen, waardoor ik u edele dan ook zou willen verzoeken om in deze zaak in toepassing van art 747, par 2, lid 5 van het Gerechtelijk wetboek een pleitdatum te willen bepalen, met dien verstande dat, indien 1 vd andere inzake zijnde partijen vooralsnog zou te kennen geven, dat hij of zij nog aan- | |
| |
vullend wenst te concluderen ik in deze veronderstelling u edele graag het volgende wens ter kennis te brengen, te weten.
Een ander markant voorbeeld kwam uit het parkeerreglement van de stad Aalst:
Overwegende dat deze retributie een vergoeding vormt voor het individuele voordeel dat men haalt uit het feit dat men tijdelijk op de openbare weg mag stationeren, hetgeen een gebruik van de openbare weg betreft dat normaal niet is toegestaan, en waarvoor in uitvoering van het reglement aangaande de politie op het wegverkeer bijzondere controle- en toezichtskosten worden gemaakt.
Krommunicatie kan ook op de lachspieren werken, of wat dacht u van deze omschrijving van een bevalling door de Belgische ziekteverzekeraar DKV?
Het gebeuren zowel tijdig, voortijdig als laattijdig en ongeacht de toegepaste techniek waarbij een vrouw zich bevrijdt of wordt bevrijd van het product der conceptie (foetus en aanhangsels) op een ogenblik waarop de foetus levensvatbaar is.
En stel: je bent poetshulp en zit wegens ziekte thuis. Zou je toestand niet spontaan verslechteren als de Christelijke Mutualiteit volgende vragen formuleert in een inlichtingenblad voor de werkgever?
| |
| |
1. | Op welke datum is het risico aangevangen? |
2. | Welk was de laatste arbeidsdag? |
3. | Bij wederinstorting, welk is de aanvangsdatum van het initiële risico? |
Als moedertaalgebruikers het al lastig hebben met deze ‘dienstmededelingen’, hoe moet het dan niet zijn voor mensen voor wie het Nederlands een tweede taal is?
Wat zou de wereld er toch mooi uitzien, dachten we, als mensen geen tijd meer zouden verliezen met het proberen begrijpen of moeten ontcijferen van krom geschreven teksten. Teksten waarover de zender niet lang genoeg heeft nagedacht en die daardoor hun doel missen en dus de ontvanger lichtelijk verward achterlaten. Of erger nog: helemaal de mist insturen en zelfs op een fout spoor zetten.
Je kunt maar beter allitereren als je ten strijde trekt, en dus was de #HeerlijkHelder-campagne een feit. We belden een panel van experts bij elkaar, meer bepaald mensen van de Taalunie, de Taaltelefoon, Wablieft en Bureau Klare Taal, om samen de ergste krommunicatie onder handen te nemen.
Elke week vonden we nieuwe bondgenoten. De mensen die wilden meestrijden voor klare taal en die wij tot ‘ambassadeurs’ benoemden, volgden elkaar in hoog tempo op. Hun namen vindt u in het dankwoord van dit boek op pagina 154.
Als kers op de taart schreef Raymond van het Groenewoud het #HeerlijkHelder-lied, waarin hij ambtelijke, politieke en managementtaal toepast op een liefdeslied. Dat leverde deze parels van zinnen op:
| |
| |
Als we een structurele insteek vinden
om onze levenscurves te verbinden,
op middellange termijn, ik zeg maar iets,
en maatschappelijk draagvlak moeten we creëren
om onze situatie te optimaliseren,
het geluk kan zo komen binnengewandeld,
onze dromen congruent ingekanteld,
heerlijk helder zie ik onze toekomst,
heerlijk helder, net zoals ik het zei,
heerlijk helder zie ik onze toekomst,
heerlijk helder, koetjes in de wei.
Het #HeerlijkHelder-panel lapte van januari tot april bijna elke week een rammelende tekst op, waarvan de resultaten zijn terug te vinden op HeerlijkHelder.be. Fragmenten van het Vlaamse regeerakkoord werden herschreven. Het ‘aanslagbiljet in de personenbelasting en aanvullende belastingen’ kreeg een heldere vertaling. Het proces-verbaal voor een snelheidsovertreding op de snelweg werd opgepoetst, en politiebaas Cathérine De Bolle beloofde tijdens de #HeerlijkHelder-slotshow om het nieuwe document in de toekomst ook in te voeren.
En nu is er dus dit boek. Een stijlgids is het niet geworden. Er wordt weleens een zin of alinea herschreven, maar u vindt geen taalkundige praktische richtlijnen over hoe u kromme zinnen dient aan te pakken. Wij willen vooral het verhaal van de krommunicatie vertellen. We willen laten zien waarom krommunicatie schadelijk kan zijn voor uw gezondheid (ook letterlijk); wat schrijvers en filosofen
| |
| |
in verleden en heden over wollige taal hebben verteld, en wat de mechanismen zijn die schuilgaan achter krommunicatie. Door die bloot te leggen hopen we een extra zintuig aan te boren dat een alarm doet afgaan telkens als u een nodeloos ingewikkelde of hermetische formulering aanhoort - of er zelf een dreigt te gebruiken. In dit boek komen vijf maatschappelijke domeinen aan bod waar heldere taal voor problemen zorgt: politiek, justitie, de academische wereld, management en de medische wereld. Per domein hebben wij ook een expert ter zake naar zijn of haar kijk op klare taal gevraagd.
Dit boek bevat geen wel-niet-lijstjes waarbij een wollig woord een helder alternatief krijgt. Wel staat onderaan op elke pagina, behalve bij de interviews, een van onze favoriete uitgeholde woorden, maar met de bijbehorende ‘verklaring’ wilden we die vooral in hun blootje zetten, zodat ze achterblijven als de naakte keizers der krommunicatie die ze zijn.
Af en toe mogen radiomakers en schrijvers de ambitie hebben om van de wereld een betere plek te maken.
Ann De Craemer
Jan Hautekiet
|
|