De nagels in het vlees

[p. 45]

Aan de bevrijders.

Bevrijdt ons enkel van het kwaad
van voor slechts enk'len overdaad;
zorgt, dat, aan 's levens rijke dis,
een elk en ieg'lijk welkom is.

Bevrijdt ons van de overmoed,
die eeuwig voert tot stromen bloed;
weest vrede en vreugde toegezind
en voôglen lied en spelend kind.

Bevrijdt ons van wat steeds gedijt:
de hebzucht en de vale nijd;
zegt: alles is voor iedereen
en uitgesloten is er geen.

Bevrijdt ons van de hang naar meer,
begeerte's eeuw'ge wederkeer;
weet, elk fortuin, elk rijk, hoe groot,
wacht confiscatie door de dood.

Bevrijdt ons van de wacht en 't wit,
de onrust van een dwaas bezit;
op welke plaats het snoer u viel:
bezit wekt onrust voor de ziel.

Bevrijdt ons, en weest toegewijd
alleen de zaak der eeuwigheid;
begeerte voert tot krijg en moord
en al wat goed is wordt gesmoord.

[p. 46]

 

Bevrijdt ons; maakt ons toegezind,

 

de vogels, bloemen en de wind;

 

roept: Welkom aan des levens dis

 

die allen overladen is.

[p. 47]