De nagels in het vlees(1945)–Jac. van Hattum– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 30] [p. 30] Gebed voor Jan V. en duizenden andere Nederlandse jongens. Heer, wilt ons toch verschonen van 't woeden der Teutonen; weet: Cassel, Keulen, Aken zijn toch niet meer te maken. Wreek niet op ons hún zonden, zij hebben 't kwaad ontbonden; Berlijn en Hamburg brandden ver nà de Nederlanden. Eilaas, deêz roof van knapen; wat Moeders, die niet slapen, hoog boven Duitsland zwadder bouwt ons Uw Jacobsladder. Als Herder Uwer schapen voert deêz ontvoerde knapen tot Moeders en beminden; Gij kunt ze allen vinden. Gij hoort de harten kloppen, van wie hun zoons verstoppen; Gij telt de tranen alle, die voor ontvoerde vallen. Van Lübeck en Hannover is nauw' één steen meer over; 't is niet door ons ontbonden: dat land sloeg zelf zich wonden. [pagina 31] [p. 31] Laat Neêrland weer bewonen door zijn ontvoerde zonen; Geeft ze uit Uw Vaderhanden terug de Nederlanden. Want Kassel, Keulen, Aken, zijn toch niet meer te maken; sla óns niet voor hún zonden, zij hebben 't kwaad ontbonden. Vorige Volgende