Winterbloemen(1879)–J.P. Hasebroek– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 81] [p. 81] In het Haagsche Bosch. Ter boschtent speelt het volle orkest Van Dunkler op zijn schoonst en best. Maar ik zit zijdwaarts in een laan, En hoor er 't nachtegaaltje slaan. De boschtent staat in vuur: 't is feest, Zooals ge in vlammen-lettren leest. Maar mij, ter zij', met zachten glans Beschijnt het maantje van den trans. Ter boschtent woelt een bonte drom, Als bijenzwermen om en om. Maar ik zit eenzaam en alleen, Slechts met mijn droomen om mij heen. Ter boschtent zit de Kunst ten troon: 't Beschaafd publiek geniet haar schoon. Maar hier spreekt in haar looverzaal Natuur haar eigen stille taal. 'k Voer tegen 't Boschconcert geen strijd: 'k Zeg: Elk zijn wijs en elk zijn tijd. Maar nu! maar hier! - Ik ruil uw lied, Mijn filomeel! voor Dunkler niet. 1875. Vorige Volgende