Het dagboek van dr. G.H.C. Hart
(1976)–G.H.C. Hart– Auteursrechtelijk beschermdDinsdag 4 februari 1941De Geer is, blijkens een telegram van onzen Gezant in LissabonGa naar voetnoot496, tenslotte toch per vliegtuig naar Nederland vertrokken. Hij heeft daarover met Welter een lange correspondentie gevoerdGa naar voetnoot497. Welter trachtte hem te weerhouden door hem van 't verkeerde van zijn voornemen te overtuigen: dat had tenminste misschien eenige kans van slagen. Andere ministers, als Gerbrandy, wilden hem felle telegrammen zenden: dát had hem zeker nóg meer dwars gemaaktGa naar voetnoot498. De Geer stelde zich op 't standpunt, dat, nu hij Minister-President af is, zijn plaats bij zijn vrouw en bij zijn gezin is, waarnaar hij geweldig verlangt (you are telling me!!). Maar hij wil niet rekening houden met den abominabelen indruk, die zijn terugkeer in Nederland en in Indië en in Engeland zal maken en hoeveel propaganda-materiaal zijn terugkeer aan Duitschland verschaft. Bovendien heeft hij Engeland alleen kunnen verlaten met hulp van onze Regeering, die hem - op zijn verzoek! - een opdracht had verstrekt naar Indië, waar hij kinderen heeft. Er ligt dus ook nog ernstig, heel ernstig misbruik van vertrouwen, ja, feitelijk erge misleiding in zijn daad. Maar 't spijt mij, dat de Regeering een heel fel perscommuniqué over zijn daad heeft uitgegevenGa naar voetnoot499 en aldus onze vuile wasch op straat brengt, i.p.v. hoogstens een klein berichtje, waarin zij haar groote teleurstelling uit. Nu gedragen wij ons als een failliete Balkanstaat, wat wij trouwens geleidelijk ook worden. |
|