Dinsdag 2 juli 1940
Degenen, een kleine kring, die op de hoogte zijn van het ‘Indië-plan’, houdt dit voortdurend bevangen.
Hoe meer ik erover denk, hoe juister, hoe grootscher, hoe meer in overeenstemming met de tijdsomstandigheden ik het vind.
Welter en Steenberghe en, in mindere mate ook Van Kleffens en Dyxhoorn, strijden er met alle kracht voor en Lamping en ik steunen hen daarbij met argumenten en aanmoediging.
Maar bij de rest van het Kabinet is, na de weigering van Hare Majesteit, het élan er weer uit: als zij eendrachtig waren zouden m.i. de bezwaren van de Koningin wel worden overwonnen. Maar ik moet de eerste gave, flinke daad van het Ministerie als zoodanig nog zien.