meisje is. Maar wat betekent dat weten?
Pas in de laatste klas van de kleuterschool, bij juffrouw Dekwaaisteniet, werd ik mij er iets meer van bewust dat er inderdaad verschil was tussen jongens en meisjes. Door juffrouw Dekwaaisteniet werden de meisjes bepaald vriendelijker behandeld dan de jongens. Daar ik niet wilde tekenen of plakken, geen enkel verlangen toonde om te knippen of te prikken, bracht ik mijn tijd voornamelijk in de hoek door. Bijna elke dag kreeg ik, als ik weer in de hoek stond, te horen dat ik nu eens moest proberen net zo ‘lief’ te zijn als de meisjes. Zij tekenden, knipten en prikten naar hartelust. Maar in mijn verzet tegen het fröbelwerk zag ik niet iets specifiek jongensachtigs (tenslotte knipten de jongens ook heel gedwee patronen in een dubbelgevouwen blaadje), en het verblijf in de hoek was niet een logisch uitvloeisel van het geslachtsverschil, maar van het feit dat ik nu eenmaal ‘ondeugend’ was. En dat, ja dat onderscheidde mij van de meeste meisjes en jongens: ik was ondeugend, onhandelbaar, ongezeglijk, onwillig, lastig en koppig.
Daarom lees ik steeds vol verbazing in feministische werken over jongens die al vanaf hun vroegste jeugd zouden worden aangemoedigd om vol bravoure de wereld te veroveren. Nu, in mijn jeugd was daar geen sprake van, zomin als er sprake van was dat meisjes werden aangemoedigd om lief en braaf en netjes te zijn. Nee, op school werd al wat je deed, en wat niet precies paste bij wat volgens de leerkrachten de norm was, de kop ingedrukt, tegengewerkt, gefnuikt, verstikt, en daarbij heb ik er nooit iets van gemerkt dat men meisjes anders aanpakte dan jongens, of het moest zijn dat meisjes altijd net even iets toegeeflijker werden behandeld.
Dat ik, in anatomisch opzicht, van meisjes verschilde wist ik wel, maar daar ik in mijn jeugd nooit een bloot meisje te zien heb gekregen, kon ik mij toch niet goed voorstellen wat